→ Czasowniki Nieregularne Kasia 11-19 → Öğrenmeye Başla / MP3 Flashcards indir

soru		cevap
ugryść, ukąsić öğrenmeye başla		bijten / beet/beten / hebben gebeten
wiązać öğrenmeye başla		binden/bond/bonden/hebben gebonden
dmuchać, wiać öğrenmeye başla		blazen/blies/bliezen/hebben geblazen
okazać się öğrenmeye başla		blijken / bleek - bleken / zijn gebleken
zostać öğrenmeye başla		blijven/bleef/bleven/zijn gebleven
piec mieso öğrenmeye başla		braden / braadde - braadden / hebben gebraden
psuć się öğrenmeye başla		breken / brak/braken / hebben gebroken
przynosić öğrenmeye başla		brengen/ bracht/ brachten/ hebben gebracht
kłaniać się komuś, wyginać öğrenmeye başla		buigen/boog/bogen/hebben gebogen

czasowniki nieregularne kasia 11-19