sözlük İspanyolca - Hollandalı

español - Nederlands, Vlaams

freír Hollandaca:

1. bakken bakken


bakte. bakten. gebakken
bakken, bakte, gebakken. Grootmoeder bakte heerlijke wafels voor ons. De bakker heeft weer lekker vers brood gebakken.
Het is buiten zo warm dat je een ei kunt bakken.

Hollandalı kelime "freír"(bakken) kümelerde oluşur:

Spaans hoofdstuk 5