sözlük Türk - Hollandalı

Türkçe - Nederlands, Vlaams

geniş Hollandaca:

1. ruim ruim


de jurk zit me te ruim
Ruim drieduizend mensen hebben hun handtekening gezet om de sloop van dit historische pand tegen te houden.
Om een situatie als vorig jaar, toen er een pekeltekort was, te voorkomen, hebben veel mensen nu al ruim voor de eerste vorst een voorraadje strooizout ingeslagen.
Ruim a.u.b. dat vaatwerk daar op.

2. breed breed


Hoe breed is deze rivier?
De gang moet breed genoeg zijn om een rolstoel door te laten.