Voegwoorden

 0    30 flashcards    bartoszkowalewski90
mp3 indir Baskı oynamak kendini kontrol et
 
soru cevap
en
naast elkaar / tegelijk
Hij leest een boek en zijn broer kijkt televisie.
öğrenmeye başla
i
maar
tegenstelling
Logeren vind ze leuk maar ze mist haar eigen huis ook.
öğrenmeye başla
ale
of
keuze
Wil je koffie of wil je thee?
öğrenmeye başla
lub
want
reden
Ik drink koffie want dat lust ik graag
öğrenmeye başla
ponieważ
powód
dus
conclusie
Het is droog dus we kunnen naar buiten gaan.
öğrenmeye başla
więc
wanneer
dan, op het moment dat
Ik bepaal zelf wel wanneer ik naar bed ga.
öğrenmeye başla
kiedy
als
dan, voorwaarde
Je mag naar huis, als je werk klaar is.
öğrenmeye başla
jeśli
terwijl
tegelijkertijd
Ik schil de aardappels, terwijl jij de groente schoonmaakt.
öğrenmeye başla
podczas, gdy
zodra
zo gauw als
Hij komt zodra hij klaar is.
öğrenmeye başla
jak tylko
voordat
daarvoor
Voordat ik aan tafel ga, was ik mijn tanden.
öğrenmeye başla
zanim
voor
daarvoor
Voor ik naar bed ga, poets ik mijn tanden.
öğrenmeye başla
przed
nu
Het wordt echt lente in de stad, nu het weer warmer wordt.
öğrenmeye başla
teraz
op het moment
toen
op dat moment
Hij wilde net bellen, toen zijn vriend het café binnen kwam.
öğrenmeye başla
wtedy, gdy
nadat
daarna
Ik doe het licht uit, nadat ik de deur op slot heb gedaan.
öğrenmeye başla
po tym jak
zolang als
hoelang
Het was stil in huis, zolang als de kinderen weg waren.
öğrenmeye başla
tak długo jak
totdat
tot aan
Het was stil in huis, totdat de kinderen thuis kwamen.
öğrenmeye başla
aż do
sinds
vanaf
Ze voelt zich gelukkig, sinds ze getrouwd is.
öğrenmeye başla
od (jakiegoś czasu)
Doordat
oorzaak
Ik kwam te laat, doordat de brug open stond.
öğrenmeye başla
przez to, że; ponieważ
przyczyna
te; op zo'n manier dat
gevolg
Het heeft hard geregend, zodat er overal plassen liggen.
öğrenmeye başla
tak, że; w ten sposób że
waardoor
gevolg
Het heeft hard geregend, waardoor er overal plassen liggen.
öğrenmeye başla
Z tego powodu; dlatego
konsekwencja
omdat
Ik ga naar de film, omdat ik daar zin in heb.
öğrenmeye başla
ponieważ
reden
indien
voorwaarde, formeel
Je mag naar huis, indien je werk klaar is.
öğrenmeye başla
w zdarzeniu w którym
mits
voorwaarde (met nadruk!)
Je mag naar huis, mits je werk klaar is.
öğrenmeye başla
pod warunkiem że
tenzij
behalve als
We gaan naar het bos, tenzij het regent.
öğrenmeye başla
chyba, że
hoewel
tegenstelling
Ze gaat naar het feest, hoewel ze niet uitgenodigd is.
öğrenmeye başla
chociaż
ondanks dat
tegenstelling
Ze blijft optimistisch, ondanks dat ze slechte resultaten haalt.
öğrenmeye başla
pomimo
zoals
hetzelfde
Reken de som maar uit, zoals je dat op school geleerd hebt.
öğrenmeye başla
jak, tak jak
alsof
het lijkt zo
Ze renden, alsof er iemand achter ze aan zat.
öğrenmeye başla
tak jakby, jak gdyby
dat
wat? - zeker
Hij zegt dat ze naar Canada gaan
öğrenmeye başla
że
of
wat? - onzeker
Hij vraagt of ze met vakantie weg gaan.
öğrenmeye başla
czy

Yorum yapmak için giriş yapmalısınız.